Richard Long
Door; Zuleika Brevoord en Sabine Lamme, DBKV1B
Land-art is een stroming binnen de beeldende kunst die eind jaren zestig van de twintigste eeuw ontstaan is in de Verenigde Staten. Het doek werd vervangen door de natuur en de kwasten werden ingeruild voor graafmachines en bulldozers. De Amerikaanse land- art kunstenaars begonnen aan grootschalige projecten waarbij zij een verandering of veranderingen in het landschap aanbrachten, vaak in gebieden afgelegen van de bewoonde wereld. Deze projecten namen veelal een groot tijdsbestek in beslag, sommige zijn zelfs vandaag de dag nog niet gerealiseerd. Hoewel land- art dan ook vaak refereert naar grootse landschapsingrepen zijn er ook kunstenaars die ondanks hun minimale of simplistische ingrepen in de natuur ook tot de land- art behoren. Een van deze land- art kunstenaars is de Britse Richard Long.
Richard Long brengt veranderingen aan in het landschap door zichzelf als medium te gebruiken, door middel van zijn wandelen of het ordenen van natuurlijke materialen, zoals stenen, die hij tijdens zijn wandelingen tegenkomt laat hij geometrische sporen achter in de natuur. De vergankelijkheid is de essentie van zijn werken, Long ziet vergankelijkheid en verandering als de essentie van het leven, van de natuur. Alles in de natuur is aan verandering onderhevig, zijn werken zijn ontstaan door verandering en zullen zo ook, althans als kunstwerk, vergaan, enkel de materie zal uiteindelijk overblijven. “There will always be change. It is part of the very nature and life of the planet." (1) Verder ziet Long zijn werken als zijn tijdelijke voetafdruk op wereld, ontstaan door toevalligheid en door de in de omgeving aanwezige natuurlijke materialen, als een spoor van zijn aanwezigheid. "My art is a portrait of my being in the world. A footprint as a portrait and as the trace of this passing through (...)” (2) Long laat net zoals dieren hun sporen in de natuur achterlaten, zijn spoor achter maar dan op een bewuste manier, de vorm van zijn spoor ( cirkel, lijn..) valt op omdat het enkel door een mens gemaakt kan zijn.
Hoewel zijn werken in de natuur dus met het verstrijken van de tijd zullen vergaan of veranderen documenteert Long door middel van landkaarten, woorden en foto`s zijn werken wel, wat bij menigeen de vraag kan doen oprijzen of deze kaarten, woorden en foto`s op zichzelf ook als kunstwerk fungeren? Volgens Richard Dorment, recensent van the Telegraph, biedt deze documentatie de kijker een kans om Long`s reizen te ervaren, het doet een beroep op de geestelijke beleving van de kijker; “Because the viewer can only experience these journeys at second hand through words, maps and photographs, this aspect of Long's practice tends to appeal more to the mind than to the eye.” (3) Het gaat volgens hem niet om de documentatie van Long`s werken maar om de gedachte, de geestelijke ervaring die bij de kijker vrijkomt bij het zien van deze documentatie. De documentatie zelf ziet hij niet als kunstwerk maar als een middel om het wezenlijke kunstwerk uit de natuur te ervaren.
Long zelf zegt ook dat hij door middel van deze documentatie een beroep doet op de geestelijke beleving van de kijker, hij ziet zijn documentatie als onderdeel van zijn werk, op deze manier kan hij laten zien dat overal en met elk materiaal en iedere lichamelijke handeling een kunstwerk gemaakt kan worden. “ (…) accept that to experience this work you have to use your imagination, and in return I will show you that sculpture can be made anywhere, out of any material, and using any physical action.” (4) Natuurlijk is het vrij onmogelijk om Long`s werk in real-life te ervaren dit vanwege de locaties en de vergankelijkheid van zijn werken, ook het feit dat Long van tevoren ook niet precies weet waar hij zijn spoor achter zal laten ,dit is immers afhankelijk van het toeval. Long legt het moment vast maar niet de ervaring, het ervaren van zijn werk lijkt bij voorbaat enkel een plek te kunnen krijgen in de geestelijke beleving van de kijker, hoewel Long sinds kort ook geometrische vormen van steen en dergelijke exposeert in musea, alsnog blijft het mentale of conceptuele kunst. De vraag of landkaarten, woorden en foto`s op zichzelf ook als kunstwerk kunnen fungeren blijft open en lijkt enkel door de kijker zelf ingevuld te kunnen worden. Hoe het ook zij het zichtbare, de documentatie, verwijst naar het onzichtbare ; “every work of mine (the visible) exhibited in a gallery or museum echoes another work (invisible) left in nature.” (5)
Een typerend werk van Long is `A line made by walking, 1967` , wat tevens ook het eerste landschapswerk van Long is. Long liep langzaam heen en weer door het Londense gras net zolang totdat er een lijn/spoor ontstond, zoals op de foto hiernaast te zien is. Wat duidelijk naar voren komt in dit werk van Long is zijn visie dat je overal en met elk materiaal ( hier gras) en iedere lichamelijke handeling (wandelen), een kunstwerk kan maken. De verandering die Long hier heeft aangebracht is simplistisch maar wel doeltreffend; het is duidelijk dat Long hier het wandelen zelf tot kunstwerk heeft gemaakt en dat deze kunst niet bedoeld is om wezenlijk in musea tentoon te stellen maar dat het puur om het concept gaat . Het is te zien dat er bewust nagedacht is over het maken van dit spoor, er is nagedacht over hoe dit past in het landschap en doordat de lijn een begin- en- eindpunt heeft versterkt het ook wel de manier waarop deze lijn ontstaan is, door te wandelen, een wandeling heeft altijd een begin- en –eindpunt. Wat dit werk ook typisch maakt is de vergankelijkheid van het werk, Long`s wandelkunst zal wanneer het gras weer gaat groeien veranderen of compleet verdwijnen, Long laat met zijn spoor zowel zijn aanwezigheid ( de lijn) als zijn afwezigheid zien ( het gras dat weer gaat groeien).
Een ander typerend werk van Long is zijn sneeuwcirkel. Long heeft de cirkel in het middelpunt van de belangstelling weten te zetten ondanks deze in de voorstelling niet centraal ligt. De cirkel springt er, doordat deze lichter dan zijn omgeving is ,echt uit. Het is een dynamisch geheel met een sterke sfeer. Het interessante luchtspel geeft het geheel iets mysterieus. Long wandelt door landschappen en door op deze manier zijn spoor of sporen achter te laten laat hij de natuur weten dat hij op deze plaats is geweest. Long probeert de schoonheid van de wereld te ervaren door de natuur, met zichzelf als medium, te bewerken. Door zijn handeling vast te leggen op foto, heeft Long een bewijs dat hij op een bepaalde plek was en één is geweest met de natuur.
Kortom: In Richard Long`s land- art staat het wandelen centraal. Tijdens zijn wandelingen maakt hij prachtige geometrische kunstwerken of sculpturen door zichzelf als medium te gebruiken,door bijvoorbeeld enkel heen en weer te lopen, ( `A line made by walking`) , of door het ordenen van in de omgeving aanwezige natuurlijke materialen zoals stenen, hout of sneeuw ( sneeuwcirkel). Bij Long`s werk gaat het om het concept, zijn werken zijn immers vergankelijk of veranderlijk wat nu eenmaal een eigenschap is van de materie, de natuur, en het leven . Doordat Long zijn werk registreert of documenteert geeft hij de kijker een middel om zijn reizen te ervaren hetzij enkel door een mentale beleving.
Onze mening
“ Nadat ik twee interviews heb gelezen ben ik veel meer te weten gekomen over Richard Long. Omdat in de boeken niets over hem stond, beter gezegd stonden er in de boeken alleen foto`s van zijn kunstwerken, van zijn wandeltochten waren alleen de datum en plaats vermeld. Over de kunstenaar of zijn intenties kwam je niets te weten, dit was in het begin zeer saai. Nu ik de interviews heb gelezen heb ik veel meer respect voor zijn werken en ideeën dan voorheen en kan ik echt zeggen dat ik hem een interessante kunstenaar vind.”
- Zuleika Brevoord-
“ Voordat ik aan dit project begon had ik al het een en ander over Land- art gelezen maar meer over zijn Amerikaanse variant, dus over de grootschalige projecten en grootse en ook voornamelijk blijvende ingrepen in het landschap. Dit vond ik op zich al erg interessant. Echter toen ik las hoe Richard Long tijdens wandelingen, met zichzelf als medium, ingrepen doet in het landschap maar dan op een simpele manier en enkel door materie aangetroffen in de desbetreffende omgeving begon ik deze manier veel interessanter te vinden. Alleen al door de eenvoud en vergankelijkheid krijgen Long zijn werken hun schoonheid. Het leuke aan Long`s werk is ook dat je enkel in gedachte kan inbeelden, al dan niet aan de hand van zijn foto`s e.d. , hoe groots sommige van zijn werken wel niet zouden zijn of hoe zo`n wandeling nu eigenlijk zou zijn, aanvoelen, hoe je kunt zien waar je een kunstwerk zou kunnen maken, waar nu die ‘toevalligheid’ in zit.”
-Sabine Lamme –
Noten
(1) San Francisco Chronicle, "Richard Long's art can be viewed by all who take a hike," by Kenneth Baker, February 4, 2006
(2) www.suite101.com , Jade Wildy.
(3) “Richard Long: Heaven and Earth at Tate Britain, review,” Telegraph
(4) Mottram, Jack, “Drawing on nature: the art of landscape,” The Herald, July 6, 2007
(5) www.suite101.com , Jade Wildy.
Theorie der Kunsten
maandag 20 december 2010
maandag 1 november 2010
Reflectie Theorie der Kunsten
“Als zekerheden verdwijnen, doemen zich nieuwe mogelijkheden op”
Iedereen weet wel iets van kunst af hetzij of ze er geïnteresseerd in zijn of vanwege de verplichte uitstapjes en museabezoeken via school, wij kennen onze klassieken; ‘de nachtwacht’ van Rembrandt, ‘de aardappeleters’ van Vincent van Gogh, ‘het vrolijke huisgezin’ van Jan Steen (niet zo zeer bij naam maar meer van de uitdrukking ‘het huishouden van Jan Steen’ ) enzovoort. Maar wat is kunst nu eigenlijk? Zijn er bepaalde regels/richtlijnen voor waar we ons aan dienen te houden om ‘kunst’ te maken of om iets als ‘kunst’ te beschouwen? De regels/richtlijnen waar vroegere kunstenaars zich aan hielden lijken in het hedendaagse tijdperk compleet vervaagd of zelfs te zijn verdwenen, en waar vroeger een duidelijk idee achter een kunstwerk zat of kunst herkenbaar was kun je daar nu vaak maar naar gissen. Het begrip ‘kunst’ leek gedefinieerd en heeft ons voorzien van een bepaald zicht op kunst die gericht is op ‘schoonheid’ op ‘werkelijkheid’, waardoor we hedendaagse kunst vaak niet als kunst zien of gewoon niet begrijpen. De kunst is dan ook om onszelf te ontdoen van deze richtlijnen en buiten onze referentiekader te stappen zodat we net zoals de moderne kunstenaar op ontdekkingsreis kunnen gaan en nieuwe dingen kunnen ontdekken, want ‘als zekerheden verdwijnen, doemen zich nieuwe mogelijkheden op’. En zo begon mijn reis….
Na mijn zekerheden aan de kant te hebben gezet, en niet enkel kijkende naar de dingen die mijn aandacht trokken, doemde er zeker nieuwe mogelijkheden op waardoor mijn kijk steeds breder werd en andere dingen ook meer interessant begonnen te worden. Mijn kunstzinnige reis begon bij het lezen van artikelen uit de kunstbijlage van de Volkskrant en het Cultureel supplement van het NRC Handelsblad. Iedere week verwonderde het me weer hoeveel verschillende opvattingen er alleen al over het begrip ‘kunst’ zijn laat staan de verscheidenheid aan kunstvormen. Iedere kunstenaar heeft een andere visie op kunst en op de maatschappij, door middel van zijn kunstwerken neemt hij je mee op reis door zijn wereld, zijn denkbeelden. Zo kan de kunstenaar je via zijn werk eens goed aan het denken zetten over bijvoorbeeld de relatie tussen mens en dier, zoals Damien Hirst die immens grote kunstwerken gemaakt heeft waarbij hij doorgezaagde koeien, schapen en een haai op sterk water heeft gezet. Zijn statement; ‘dit is de kunst die gaat over de vergankelijkheid van het leven, over leven en dood. Waarin mens en dier uiteindelijk gelijk zijn.’ (1) Hij verbeelde de wraak van dier op mens.
De kunstenaar kan je ook laten nadenken over politieke kwesties, over migraties; Tijdens de biënnale voor Europese kunst de ‘manifesta8’ laten verschillende kunstenaars met hun installaties hun opvattingen over ‘de gespannen houding tussen Europa en dé islam’(2) en migratie zien. Een mooi voorbeeld is de installatie ‘Ontaard’ van de Portugese kunstenares Carla Filipe, het kunstwerk bestaat uit een cementvloer waarin ze water uit de Middellandse zee heeft verwerkt als symbool voor de gevaarlijke route die veel migranten nemen richting Europa. Ook kunnen kunstenaars je gewoon letterlijk mee op reis nemen zoals de kunstenares Suchan Kinoshita die tijdens de manifestatie ‘de koffer van de celibatair’ mensen meenam ‘op een reis van 24 uur. Toeval bepaalde het reisschema. Niet de eindbestemming, maar de ervaring van het onderweg zijn en van de persoonlijke, zij het tijdelijke, verbondenheid stond voorop.’(3) Wat ook wel grappig is en terugverwijst naar de inleiding over dat hedendaagse kunst vaak niet begrepen wordt bewijst het kunstwerk ‘Stofbal’ die Kinoshita tentoonstelde tijdens de kunstbeurs Art Amsterdam. ‘Stofbal’ wat een ‘fragiel monument vanuit de stofzuiger gepeuterd huisvuil’ (4) is, herkenden de schoonmaaksters helaas niet als kunstwerk en hadden het opgezogen.
Tijdens mijn reis door het kunstlandschap openbaarde er zich ook vele nieuwe kunstvormen die mij erg fascineerde zoals de vorm ‘technische’, ‘kinetische’ kunst. Daan Roosegaarde bijvoorbeeld maakt ‘interactive landscapes’. Zo heeft hij een muur opgedeeld in honderden symmetrische vierkante vakjes die hij heeft afgesloten met hittegevoelige folie, ‘achter het folie zit een lampje dat aangaat als er iemand langsloopt. Door de hitte krult het folie open, waardoor het lampje zichtbaar wordt en de muur zich als een lichtgevende lotusbloem openvouwt voor de toeschouwer.’(5) Het werk heet dan ook heel toepasselijk ‘Lotus’. Een andere kunstvorm die voor mij nieuw was is: ‘Land art’, waarbij kunstenaars in plaats van olieverf en doek, aardse materialen gingen gebruiken als zand en rotsen. De kwasten en spatels maakten plaats voor kraanwagens en graafmachines, ‘grootschaligheid, vergankelijkheid, onverkoopbaarheid waren de belangrijkste eigenschappen van de nieuwe kunstvorm.’ (6) Met dit gedachtegoed ontstonden er mega beeldhouwwerken zoals ‘City’ van Michael Heizer, gevestigd in de Woestijn van Nevada, na 30 jaar is deze omvangrijke stad nog steeds niet klaar.
Verder lieten de artikelen me niet alleen kennismaken met de wereld/denk- beelden van kunstenaars maar namen ze me ook mee naar andere landen. Zo is me gemeld dat er in een kleine stad in China genaamd Xiamen ‘een cultureel revolutietje’ (7) is geweest waardoor Xiamen , nu inmiddels al tien jaar, dé plek is voor jonge kunstenaars uit Europa. En als er in de krant geen informatie had gestaan over de Open Art Fair in Utrecht, waren veel dingen me wellicht ontgaan. Wat jammerlijk zou zijn geweest maar me nu gelukkig wel heeft doen kennismaken met verschillende kunst uit verschillende landen. Op de Open Art Fair exposeerden namelijk verschillende galerieën uit verschillende landen wat me de mogelijkheid gaf om in het miniatuur een wereldreis te maken en wat me deed inzien dat kunst in een bepaald land erg typerend kan zijn ; de Praagse kunst liet me echt de Praagse cultuur zien en het typische Praagse mensbeeld.
De vele fascinerende en vernieuwende dingen die me werden voorgespiegeld deden me beseffen dat mijn kunstzinnige reis pas net begonnen is en voorlopig ook niet zou eindigen want kunst gaat nu eenmaal met zijn tijd mee en is veranderlijk, het kunstlandschap blijft een reis, een constant ontdekken, en zal nooit een bestemming worden.
Noten;
(1) ‘Een dodelijke kip’, Archetype, door Hein Janssen, uit de Volkskrant 01-10-2010
(2) ‘Een vloer van zeewater’, veel kunst over migratie op manifestatie in Spanje, door Merijn de Waal, uit het NRC Handelsblad 05-10-2010.
(3) ‘ Is het echt? Of gezichtsbedrog?’Recensie tentoonstelling van Suchan Kinoshita, door Marina de Vries, uit de Volkskrant 22-10-2010.
(4) ‘ Is het echt? Of gezichtsbedrog?’Recensie tentoonstelling van Suchan Kinoshita, door Marina de Vries, uit de Volkskrant 22-10-2010.
(5) ‘Kunst per strekkende meter’, interview kunstenaar Daan Roosegaarde, door Jeroen Junte, uit de Volkskrant 08-10-2010.
(6) ‘Hemelse ellipsen in de woestijn’, epische landschapskunst in het wilde westen, door Sandra Smallenburg, uit het NRC Handelsblad 29-10-2010.
(7) ‘Een cultureel revolutietje’, een overzicht van 10 jaar kunstcentrum in Xiamen, door Sacha Bronwasser, uit de Volkskrant 01-10-2010.
Iedereen weet wel iets van kunst af hetzij of ze er geïnteresseerd in zijn of vanwege de verplichte uitstapjes en museabezoeken via school, wij kennen onze klassieken; ‘de nachtwacht’ van Rembrandt, ‘de aardappeleters’ van Vincent van Gogh, ‘het vrolijke huisgezin’ van Jan Steen (niet zo zeer bij naam maar meer van de uitdrukking ‘het huishouden van Jan Steen’ ) enzovoort. Maar wat is kunst nu eigenlijk? Zijn er bepaalde regels/richtlijnen voor waar we ons aan dienen te houden om ‘kunst’ te maken of om iets als ‘kunst’ te beschouwen? De regels/richtlijnen waar vroegere kunstenaars zich aan hielden lijken in het hedendaagse tijdperk compleet vervaagd of zelfs te zijn verdwenen, en waar vroeger een duidelijk idee achter een kunstwerk zat of kunst herkenbaar was kun je daar nu vaak maar naar gissen. Het begrip ‘kunst’ leek gedefinieerd en heeft ons voorzien van een bepaald zicht op kunst die gericht is op ‘schoonheid’ op ‘werkelijkheid’, waardoor we hedendaagse kunst vaak niet als kunst zien of gewoon niet begrijpen. De kunst is dan ook om onszelf te ontdoen van deze richtlijnen en buiten onze referentiekader te stappen zodat we net zoals de moderne kunstenaar op ontdekkingsreis kunnen gaan en nieuwe dingen kunnen ontdekken, want ‘als zekerheden verdwijnen, doemen zich nieuwe mogelijkheden op’. En zo begon mijn reis….
Na mijn zekerheden aan de kant te hebben gezet, en niet enkel kijkende naar de dingen die mijn aandacht trokken, doemde er zeker nieuwe mogelijkheden op waardoor mijn kijk steeds breder werd en andere dingen ook meer interessant begonnen te worden. Mijn kunstzinnige reis begon bij het lezen van artikelen uit de kunstbijlage van de Volkskrant en het Cultureel supplement van het NRC Handelsblad. Iedere week verwonderde het me weer hoeveel verschillende opvattingen er alleen al over het begrip ‘kunst’ zijn laat staan de verscheidenheid aan kunstvormen. Iedere kunstenaar heeft een andere visie op kunst en op de maatschappij, door middel van zijn kunstwerken neemt hij je mee op reis door zijn wereld, zijn denkbeelden. Zo kan de kunstenaar je via zijn werk eens goed aan het denken zetten over bijvoorbeeld de relatie tussen mens en dier, zoals Damien Hirst die immens grote kunstwerken gemaakt heeft waarbij hij doorgezaagde koeien, schapen en een haai op sterk water heeft gezet. Zijn statement; ‘dit is de kunst die gaat over de vergankelijkheid van het leven, over leven en dood. Waarin mens en dier uiteindelijk gelijk zijn.’ (1) Hij verbeelde de wraak van dier op mens.
De kunstenaar kan je ook laten nadenken over politieke kwesties, over migraties; Tijdens de biënnale voor Europese kunst de ‘manifesta8’ laten verschillende kunstenaars met hun installaties hun opvattingen over ‘de gespannen houding tussen Europa en dé islam’(2) en migratie zien. Een mooi voorbeeld is de installatie ‘Ontaard’ van de Portugese kunstenares Carla Filipe, het kunstwerk bestaat uit een cementvloer waarin ze water uit de Middellandse zee heeft verwerkt als symbool voor de gevaarlijke route die veel migranten nemen richting Europa. Ook kunnen kunstenaars je gewoon letterlijk mee op reis nemen zoals de kunstenares Suchan Kinoshita die tijdens de manifestatie ‘de koffer van de celibatair’ mensen meenam ‘op een reis van 24 uur. Toeval bepaalde het reisschema. Niet de eindbestemming, maar de ervaring van het onderweg zijn en van de persoonlijke, zij het tijdelijke, verbondenheid stond voorop.’(3) Wat ook wel grappig is en terugverwijst naar de inleiding over dat hedendaagse kunst vaak niet begrepen wordt bewijst het kunstwerk ‘Stofbal’ die Kinoshita tentoonstelde tijdens de kunstbeurs Art Amsterdam. ‘Stofbal’ wat een ‘fragiel monument vanuit de stofzuiger gepeuterd huisvuil’ (4) is, herkenden de schoonmaaksters helaas niet als kunstwerk en hadden het opgezogen.
Tijdens mijn reis door het kunstlandschap openbaarde er zich ook vele nieuwe kunstvormen die mij erg fascineerde zoals de vorm ‘technische’, ‘kinetische’ kunst. Daan Roosegaarde bijvoorbeeld maakt ‘interactive landscapes’. Zo heeft hij een muur opgedeeld in honderden symmetrische vierkante vakjes die hij heeft afgesloten met hittegevoelige folie, ‘achter het folie zit een lampje dat aangaat als er iemand langsloopt. Door de hitte krult het folie open, waardoor het lampje zichtbaar wordt en de muur zich als een lichtgevende lotusbloem openvouwt voor de toeschouwer.’(5) Het werk heet dan ook heel toepasselijk ‘Lotus’. Een andere kunstvorm die voor mij nieuw was is: ‘Land art’, waarbij kunstenaars in plaats van olieverf en doek, aardse materialen gingen gebruiken als zand en rotsen. De kwasten en spatels maakten plaats voor kraanwagens en graafmachines, ‘grootschaligheid, vergankelijkheid, onverkoopbaarheid waren de belangrijkste eigenschappen van de nieuwe kunstvorm.’ (6) Met dit gedachtegoed ontstonden er mega beeldhouwwerken zoals ‘City’ van Michael Heizer, gevestigd in de Woestijn van Nevada, na 30 jaar is deze omvangrijke stad nog steeds niet klaar.
Verder lieten de artikelen me niet alleen kennismaken met de wereld/denk- beelden van kunstenaars maar namen ze me ook mee naar andere landen. Zo is me gemeld dat er in een kleine stad in China genaamd Xiamen ‘een cultureel revolutietje’ (7) is geweest waardoor Xiamen , nu inmiddels al tien jaar, dé plek is voor jonge kunstenaars uit Europa. En als er in de krant geen informatie had gestaan over de Open Art Fair in Utrecht, waren veel dingen me wellicht ontgaan. Wat jammerlijk zou zijn geweest maar me nu gelukkig wel heeft doen kennismaken met verschillende kunst uit verschillende landen. Op de Open Art Fair exposeerden namelijk verschillende galerieën uit verschillende landen wat me de mogelijkheid gaf om in het miniatuur een wereldreis te maken en wat me deed inzien dat kunst in een bepaald land erg typerend kan zijn ; de Praagse kunst liet me echt de Praagse cultuur zien en het typische Praagse mensbeeld.
De vele fascinerende en vernieuwende dingen die me werden voorgespiegeld deden me beseffen dat mijn kunstzinnige reis pas net begonnen is en voorlopig ook niet zou eindigen want kunst gaat nu eenmaal met zijn tijd mee en is veranderlijk, het kunstlandschap blijft een reis, een constant ontdekken, en zal nooit een bestemming worden.
Noten;
(1) ‘Een dodelijke kip’, Archetype, door Hein Janssen, uit de Volkskrant 01-10-2010
(2) ‘Een vloer van zeewater’, veel kunst over migratie op manifestatie in Spanje, door Merijn de Waal, uit het NRC Handelsblad 05-10-2010.
(3) ‘ Is het echt? Of gezichtsbedrog?’Recensie tentoonstelling van Suchan Kinoshita, door Marina de Vries, uit de Volkskrant 22-10-2010.
(4) ‘ Is het echt? Of gezichtsbedrog?’Recensie tentoonstelling van Suchan Kinoshita, door Marina de Vries, uit de Volkskrant 22-10-2010.
(5) ‘Kunst per strekkende meter’, interview kunstenaar Daan Roosegaarde, door Jeroen Junte, uit de Volkskrant 08-10-2010.
(6) ‘Hemelse ellipsen in de woestijn’, epische landschapskunst in het wilde westen, door Sandra Smallenburg, uit het NRC Handelsblad 29-10-2010.
(7) ‘Een cultureel revolutietje’, een overzicht van 10 jaar kunstcentrum in Xiamen, door Sacha Bronwasser, uit de Volkskrant 01-10-2010.
Abonneren op:
Posts (Atom)